Skip to main content
rouwverwerking

Mijn lieve oudste broer is dood

By 20 oktober 2021No Comments

Heerlijk dat regelen. We doen het samen, mijn broers en ik en dat geeft me een fijn gevoel. En het houdt me weg bij waar ik niet naar toe wil. Ik bel Annerie van de uitvaartonderneming, heb overleg met mijn broers, fiets naar mijn moeder met de liturgie voor de afscheidsdienst, zing alle liedjes met haar en samen kopen we een mooie outfit voor de begrafenis. ‘Ik ga in het rood’, zegt ze beslist. ‘Dat was zijn lievelingskleur’. We vinden een mooi zacht rood colbert. En een fijne trui. Ze ziet er mooi uit.

Toen ze hem vlak na zijn dood zag, nu enkele weken geleden, stortte ze in. Ze zag mijn broer, mijn lieve oudste broer met het syndroom van Down, opgebaard op bed liggen. Haar oudste kind was overleden. Ze gaf hem een laatste kus en zei dat ze blij was dat ze hem had overleefd. ‘Zo wilde ik het’, vertelde ze. ‘Ik wilde niet dat hij alleen zou achterblijven’. Maar ik had het haar graag bespaard, dit grote verdriet.

Een paar weken later ontkom ik er niet aan. Er is niet zo veel meer te regelen, alles gaat gewoon weer door, maar bij mij even niet. Ik ben moe en zonder energie. Ik huil bij elke gedachte aan hem, hardop of in stilte.  Al jaren ben ik zijn contactpersoon en mentor. Dat betekent samen naar de oogarts, nieuwe schoenen aanmeten in het ziekenhuis, samen naar de tandarts en samen winkelen. Een nieuw pak, wit overhemd, blijer kon je hem niet maken. Het was altijd een feestje om met hem kleding te kopen. Hij was altijd in voor een grap, zei bij alles wat hij aantrok: oeh mooooi en alle verkopers wilden ons helpen want een leukere klant zou er in geen weken voorbijkomen. Daarna gingen we koffiedrinken met taart. Oeh heeeeerlijk.

Ik mis mijn broer. Ik mis zijn grappen, ik mis zijn eigenheid en zijn onvoorwaardelijke liefde. Ik mis het om een beetje voor hem te zorgen, om samen met zijn begeleiders te overleggen over de beste aanpak en ik mis mijn geregelde gang naar De Reestlanden, waar hij woonde. En ik mis het om dagelijks de app te lezen waarin staat hoe het met hem gaat en wat hij heeft gedaan. Ik kijk nog elke dag naar die app van Caren Zorgt. ‘Dirk is vannacht rustig ingeslapen’, staat er nu al een poosje. Ik kan er maar niet aan wennen.